Jonge breinen in het strafrecht
Op maandag 10 juni spreekt Maaike Kempes haar oratie uit aan de universiteit Leiden. Ze doet dit bij de aanvaarding van het ambt als bijzonder hoogleraar forensische neuropedagogiek aan de Universiteit Leiden.
Het NIFP ondersteunt deze leerstoel om bij te dragen aan kennisontwikkeling binnen het forensisch veld. Binnen het wetenschappelijk domein is de forensische advisering een niche, maar wel een met grote impact in de maatschappij. Om te borgen dat wij volgens de laatste inzichten blijven werken, is het belangrijk dat we wetenschappelijk onderzoek stimuleren dat aansluit op onze praktijk. Zoals de Amerikaanse statisticus Ewards Deming zei, ‘In god we trust, all others must bring data.’
Maar waar gaat Maaike’s inaugurele rede over? Hoe hoopt zij haar leerstoel in te vullen?
In haar oratie gaat Maaike in op de vraag of kennis over de relatie tussen neurobiologie en crimineel gedrag daadwerkelijk kan bijdragen aan de individuele forensische diagnostiek. Zij kijkt onder meer naar hoe neurobiologische kennis wordt gebruikt in wet- en regelgeving.
“In god we trust, all others must bring data” – Edwards Deming, statisticus.
Jeugdstrafrecht
Zoals bijvoorbeeld in het jeugdstrafrecht. Kennis over de ontwikkeling van het sociaal-emotionele brein in de vroege adolescentie kan ons helpen in het gesprek over de vraag of het volwassenstrafrecht ingezet zou moeten kunnen worden bij 16- en 17-jarigen. Studies tonen dat adolescenten zich vooral op beloning richten en dat de invloed van leeftijdsgenoten groot is. Tegelijkertijd ontwikkelt het cognitieve-controlerende gedeelte van het brein, dat belangrijk is voor het reguleren van impulsen, maar ook voor ontwikkeling van een eigen identiteit en het overzien van consequenties op langere termijn, zich veel langzamer.
Jonge adolescenten zijn vergelijkbaar met ‘een lamborghini zonder rem’, aldus Maaike. Ze schreef hier een blog over:
Kennis inzetten voor de praktijk
In haar oratie pleit Maaike dat kennis over het brein en neurobiologie meerwaarde heeft voor het begrijpen van crimineel gedrag, mits gecombineerd met inzichten over de sociale factoren en de psychologische toestand.
Met haar leerstoel richt zij zich de komende jaren op de volgende focusgebieden.
- Directe ondersteuning van gedragsdeskundigen zodat zij gebruik kunnen maken van de juiste expertise en het juiste beschikbare instrumentarium
- Het uitbreiden van neurobiologische kennis bij gedragsdeskundigen die nu al relevant is
- De ontwikkeling van nieuw diagnostisch gereedschap om neurobiologische kennis te combineren met inzichten uit sociale factoren en psychologie op individueel niveau.
“Met deze aanpak kunnen we neurobiologische kennis beter toepassen in individuele diagnostiek, wat kan leiden tot een dieper inzicht in crimineel gedrag, optimaler advies aan de rechter en uiteindelijk tot effectievere methoden om recidive te voorkomen,” aldus Maaike.
Een mooi voorbeeld van de directe ondersteuning van gedragsdeskundigen is het Neuroloket, waar Nieuwsuur vorig jaar een reportage over maakte. Ook de Volkskrant schreef over het Neuroloket. Universiteit Leiden publiceerde recentelijk een interview met Maaike.
In het kader van de ontwikkeling van nieuw diagnostisch gereedschap is Maaike aangesloten bij het project Screen & Intervene van het Neurolab.
Aanmelden of meekijken
De oratie van Maaike is op maandag 10 juni om 16:15 uur precies, in het Groot Auditorium van het Academiegebouw van de Universiteit Leiden, te Leiden.
Je kan je aanmelden voor de oratie via de volgende link: Jonge breinen in het strafrecht - Universiteit Leiden.
De oratie is ook mee te kijken middels een livestream:
https://www.universiteitleiden.nl/wetenschappers/livestream-oratie-of-afscheidscollege